Sociale media bieden jongeren de gelegenheid om onderwijs te vermijden of om zich te verzetten tegen school. Dat betekent echter niet dat je sociale media zelf moet vermijden.
Tara Brabazon heeft een betoog geschreven waarin zij het gebruik van sociale media voor onderwijs en leren koppelt aan de theorie van Paul Willis over ‘Learning to Labour’. Deze theorie gaat er van uit dat jongeren in hun dagelijks leven gedrag vertonen dat hen belemmert hun economische en sociale status te verbeteren. Voorbeelden zijn drinken of spijbelen.
Brabazon signaleert dat gedrag dat jongeren via sociale media vertonen hen eveneens belemmert in hun sociale mobiliteit. Zij wijst er op dat de grenzen van werk en vrije tijd steeds meer vervagen. Voor leren en onderwijs geldt dat bijvoorbeeld doordat sociale media ook steeds vaker binnen het onderwijs worden gebruikt. De auteur pleit ervoor om daar kritisch bij stil te staan. Verschillende media hebben immers verschillende doelen. Sociale media zijn in feite geen media voor leren.
Brabazon wijst daarbij op het afleidende effect van, bijvoorbeeld, mobiele telefoons in de klas. Zij meent dat jongeren via sociale media tijd verspillen en belemmeren om te leren. Jongeren zijn vaak niet in staat om onderscheid te maken tussen leren en vrije tijd, belangrijk en onbelangrijk, concentratie en afleiding, meent de auteur. Zij bekritiseert auteurs die multitasken beschouwen als een vorm van wijsheid.
This is not ‘technologically enhanced,’ but intellectually deluded.
Een tweede voorbeeld is het gebruik van sociale media voor het beoordelen van docenten, die volgens Brabazon de geloofwaardigheid van docenten kan ondermijden. Docenten die bijvoorbeeld hogere eisen stellen, worden -zo laat onderzoek zien- slechter beoordeeld dan docenten die gemakkelijk voldoendes geven. Onderwijs en leren vergt echter hard werken. Sociale media vormen een erg laagdrempelig platform voor het pesten van docenten die terecht hoge eisen stellen aan de inzet van lerenden.
In haar betoog stelt de Canadese hoogleraar dat er steeds hogere eisen worden gesteld aan het verkrijgen van banen. Zij vraagt zich af of het gedrag dat technologieën vaak uitlokken -zoals niet meer onthouden maar opzoeken of het gebruiken van spellingscontrole in plaats van leren spellen- wel bijdraagt aan het kunnen voldoen aan die hogere eisen. Zij verzet zich ook tegen het generatiedenken als het gaat om het gebruik van media, en wijst op een tekort aan informatievaardigheden bij veel jongeren.
Tara Brabazon wijst er ook op dat het goedkoper maken van het onderwijs één van de beweegredenen is om meer online te leren. De auteur vindt dat hiermee de waarde van de rol van de docent als expert onvoldoende wordt onderkend.
Brabazon pleit er voor om de relatie tussen informatie, media, leren en geletterdheid zorgvuldig te doordenken. Zij schrijft onder meer:
A balance is required between education and technology, rather than enabling the new to configure the important. For education, teaching and learning to function, there must be much more attention on making conscious and reflexive choices about time and behaviour that are beneficial to intellectual development, rather than encouraging sloppy thinking that a particular generation are ‘digital natives’ and therefore – seemingly ‘naturally’ – understand how to use web-enabled platforms in intellectually rigorous ways.
We moeten dan ook leren hoe we technologie op een zinvolle manier kunnen gebruiken.
They are not the message. But content is mediated, framed and shaped by the platform selection to channel data.
Tara Brabazon is zeker niet tegen het gebruik van technology enhanced learning, al lijkt zij ICT vooral aanvullend op het bestaande onderwijs te willen gebruiken. Je doet haar ook tekort als je haar als ‘luddite’ afspiegelt. Ik vind het pleidooi om ons meer te verdiepen in de wijze waarop technologie leren kan bevorderen en belemmeren dan ook terecht, en ik waardeer vooral de koppeling met Willis’ sociologische theorie.
Tegelijkertijd kun je wel kanttekeningen maken bij de opbouw van haar betoog dat deels opiniërend en deels onderbouwend van aard is (maar wel de pretentie van een artikel heeft). Daarnaast stel ik vraagtekens bij de focus op waarneembaar gedrag. Brabazon heeft geen oog voor de redenen waarom jongeren -met of zonder sociale media- bepaald gedrag vertonen.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Een reactie