In Nederland is mede dankzij het recente rapport van de commissie Rinnooy Kan meer aandacht voor deeltijd hoger onderwijs. De veelal volwassen doelgroep verschilt echter van reguliere studenten. Volgens Marian Cohen en Scott Greenberg beïnvloeden drie factoren of deeltijd studenten de studie volhouden of niet.
Cohen en Greenberg hebben in hun onderzoek gekeken naar organisatorische en externe factoren. Dus bijvoorbeeld niet naar persoonlijkheidskenmerken zoals de mate van zelfsturing waarover lerenden in meer of mindere mate beschikken. Ook lag hun focus op masterstudenten.
De drie factoren die van invloed zijn op het wel of niet voortijdig beëindigen van hun studie zijn:
- Studenten voelen zich overdonderd door de studielast. Veel studenten vinden het moeilijk om studie te combineren met werk en gezin. Zij vinden dat de studie wel heel erg veel van hen eist. Deze factor zou je hanteerbaar kunnen maken door de verwachtingen helder te maken, en door aan studenten bij de intake te vragen welke veranderingen zij in hun leven gaan doorvoeren nu zij deze studie gaan doen. Opvallend is dat geen aanbeveling wordt gedaan om kritisch te kijken naar het studieprogramma. Deze programma's zijn vaak zwaarder dan de geplande studietijd.
- Studenten ervaren onvoldoende begrip en ondersteuning vanuit de medewerkers van de opleiding. Een gebrek aan flexibiliteit kan bijvoorbeeld gemakkelijk leiden tot uitval. Dit speelt vooral voor studenten die thuis minder kunnen rekenen op begrip, omdat de familie zelf niet weet wat het is om te studeren. Mentoring en begeleiding leiden dan tot vermindering van de uitval.
- Familieomstandigheden, zoals financiële problemen of gezondheidsperikelen, kunnen er ook voor zorgen dat volwassen studenten voortijdig met de studie stoppen. Ook hierbij geldt begrip en flexibiliteit belangrijk zijn. De auteurs suggereren ook dat peer groepen ondersteunend kunnen werken.
De auteurs bevelen ook aan dat het belangrijk is om contact te blijven houden met studenten die voortijdig zijn gestopt. Wellicht komen ze op een gegeven moment weer terug.
Cohen en Greenberg bevestigen in feite wat bekend is over een deel van de redenen van uitval van volwassen studenten. Open universiteiten hebben hier al jaren ervaring mee.
Zij hebben echter maar naar een deel van de factoren gekeken. Opvallend is ook dat zij maar beperkte aanbevelingen doen als het gaat om aanpassingen van het onderwijsontwerp van onderwijsprogramma's. Meer flexibiliteit van het onderwijs, zoals de mogelijkheid om meer in eigen tijd en tempo te kunnen studeren, kan ook helpen om uitval te voorkomen.
Onderwijsinstellingen zullen zich in elk geval moeten realiseren dat zij volwassen deeltijd-studenten niet op dezelfde manier moeten benaderen dan reguliere studenten. Hoewel deze laatste groep ongetwijfeld ook baat heeft bij een betere begeleiding en meer flexibiliteit.
Beleidmakers zouden zich bovendien moeten realiseren dat je voortijdige studieuitval van deze doelgroep eigenlijk niet mag vergelijken met uitval van jongere studenten.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie