In Those who forget the mistakes of history blikt Jay Cross terug op de ontwikkeling van de e-learningmarkt, van rond 1999 (vlak voor de dot.com-bubble barstte), tot nu.
Destijds werd een onderscheid gemaakt tussen contentaanbieders, leveranciers van technologie, aanbieders van diensten, en bedrijven die twee of drie van deze aspecten combineerden. Let wel: het ging toen vooral om formele vormen van leren (al dan niet in combinatie met face-to-face leren).
Analysten en investeerders geloofden sterk in de economische voordelen van e-learning, en voorspelden e-learning toen een bloeiende toekomst.
Volgens Cross zijn van de grote hoeveelheid aanbieders, er sinds die maar een handjevol zelfstandig overgebleven. De rest is gefuseerd, overgenomen of van de markt verdwenen. Cross concludeert
eventually time runs out for stuff that doesn’t work.
Hedendaagse aanbieders van leertechnologie profileren zich volgens hem niet meer als e-learning bedrijf. Zij houden zich volgens Cross bezig met sociale netwerken, content management, communicatie of performance consultancy.
Ik vind Jay Cross' bijdrage eenzijdig, en sterk gekleurd vanuit zijn opvattingen en advieswerk rond informeel leren. De betekenis die hij aan deze ontwikkeling geeft, deel ik niet.
In 1999 was e-learning een jonge, zich sterk ontwikkelende markt. Dan is het normaal dat er fusies, overnames en faillissementen gaan ontstaan. Een aantal bedrijven uit het schema in Cross' blogpost is met elkaar gefuseerd. SumTotal Systems is bijvoorbeeld het resultaat van fusies en overnamens van -als ik me niet vergis- onder andere Docent, Click2Learn en GeoLearning. Centra Software is bijvoorbeeld gekocht door Saba Software. Dat hoort bij een 'jonge' markt. Bovendien vraag ik me af of zijn tweede plaatje correct is. Een bedrijf als Skillsoft bestaat nog steeds.
Cross suggereert dat deze markt zich zo drastisch ontwikkeld heeft, omdat formele vormen van e-learning niet werken. Ook dat is wat kort door de bocht geredeneerd. Formele vormen van e-learning werken voor bepaalde leerdoelen prima. Bovendien opereren verschillende bedrijven ook met succes op dit terrein.In vergelijking met 1999 wordt volgens mij nu meer verdiend aan formele vormen van e-learning, ook al is dat niet zo veel als destijds werd voorspeld. Formele vormen van e-learning worden ook -meer dan elf jaar geleden- vaker toegepast. Er is nog steeds vraag naar.
Dat we meer moeten insteken op meer informele vormen van e-learning, is wat mij betreft evident. Maar ik vraag me af of een ongenuanceerde blogpost, zoals die van Jay Cross, bijdraagt aan de acceptatie hiervan.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie