In Teacher Resistance and Reform Failure protesteert Larry Cuban zich tegen het beeld dat docenten zich veelal verzetten tegen veranderingen binnen het onderwijs. Volgens Cuban hebben docenten in de loop van de jaren wel degelijk incrementele veranderingen binnen het onderwijs toegepast, “including the development of hybrid pedagogies”. De veel gemaakte vergelijking met het klaslokaal uit de 19de eeuw zou dus een karikatuur zijn.
Onderwijsvernieuwers gaan daarentegen volgens Cuban vaak te overhaast te werk, willen te veel in te korte tijd, betrekken docenten er onvoldoende bij, en hebben vaak onvoldoende oog voor de vaak reële bezwaren van onderwijsgevenden:
A history of coercive changes and little trust in teacher judgment may get sullen compliance but also act as yeast to grow teacher resistance to top-down decisions rammed into classrooms.
Onderwijsgevenden beoordelen voorstellen voor vernieuwingen vaak vanuit een heel ander perspectief dan beleidmakers, schoolleiders en beroepsvernieuwers. Docenten kijken vooral naar de praktische impact voor de onderwijspraktijk, terwijl beleidmakers cs vaak meer abstracte, ‘hogere orde’ doelen voor ogen hebben.
Cuban legt de vinger op de zere plek. De groep docenten die niet (meer) gemotiveerd is om in ‘beweging’ te komen, is een minderheid. Net als de groep die praktisch altijd vernieuwingsgezind is. De grote meerderheid is afwachtend, en bekijkt voorstellen voor veranderingen op hun merites. Wat mij daarbij wel vaak opvalt, is dat onderwijsgevenden vaak eenzijdig kijken naar hun eigen perspectief (de onderwijspraktijk), net zo goed als dat vernieuwers vaak onvoldoende oog hebben voor praktische, maar o zo belangrijke, knelpunten (ik heb ongetwijfeld ook boter op mijn hoofd).
In een ander artikel vergelijkt Cuban het doorvoeren van onderwijsvernieuwingen met het beklimmen van een berg, waarbij het proces vaak belangrijker is dan het uiteindelijke doel (als je de top niet bereikt, kun je toch goed geklommen hebben):
Responsible people want a guide. Someone who can tell the adventurers where the crevices are, what false turns to avoid, where the icy spots are and to be honest about the possibility that they may have to turn back before reaching the summit. That accurate knowledge of the difficulties, honesty, and humility are crucial to reaching the summit and implementing a school reform. Hope for success rests in expertise, problem solving, and courage but–and this is an especially important “but”–climbing that mountain (implementing that reform) is still worth the effort even if success (however defined) is not achieved.
Daar komt wat mij betreft bij dat onderwijsinnovaties altijd meerdere doelen, van diverse niveaus, betreffen. Zoals de vraag of het onderwijs nog voldoende aansluit bij de hedendaagse samenleving. Er zal dus sprake moeten zijn van een wisselwerking tussen macrodoelen, mesodoelen (van de schoolorganisatie) en microdoelen (de dagelijkse lespraktijk). Deze wisselwerking kan m.i. alleen maar vorm krijgen via een daadwerkelijke dialoog tussen alle betrokkenen (in plaats van een schijndialoog).
En juist daar ontbreekt het vaak aan binnen schoolorganisaties. Daardoor is er, zoals Matthieu Weggeman stelt, ook geen sprake van een collectieve ambitie.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie