Ten behoeve van binnenkort te verzorgen presentaties ben ik me de laatste dagen wat specifieker aan het verdiepen in het gebruik van social networking technologie (zoals MySpace of Hyves) binnen het onderwijs. Eén van de artikelen die ik heb gelezen is Social Networking Technologies: a “Poke” for Campus Services. In dit artikel komt in de eerste plaats een beeld naar voren van studenten die aangeven dat de onderwijsinstelling af moet blijven van deze technologie.
Just tell us what we need to know but don’t enter our world to do it—we’ll come to you.
Opvallend is dat faculteitsmedewerkers vaak wel positief reageren op het educatieve gebruik van deze technologie. Eén medewerkers stelt bijvoorbeeld dat studenten sneller reageren op berichten in Facebook dan via e-mail.
Het artikel is mede tot stand gekomen op basis van gesprekken met studenten. De auteurs vinden dat ook een belangrijke conclusie: luister naar hoe studenten om willen gaan met nieuwe technologie en sta open voor veranderingen. En geef docenten de gelegenheid om samen met nieuwe technologie te experimenteren.
Samenvattend worden in dit artikel de volgende pedagogisch-didactische argumenten social networking technologie genoemd:
- Als je studenten moet leren hoe zij moeten omgaan met deze technologie, dan zul je de voors- en tegens ook aan den lijve moeten ervaren.
- Je kunt betere relaties met studenten ontwikkelen (je leert hen beter kennen).
- Studenten leren elkaar beter kennen, onder meer voordat een cursus/workshop start.
- Studenten reageren sneller op berichten via social network service dan via e-mail.
- Studenten en ouders die zich actief bezig houden met social networking technologie verwachten ook dat het onderwijs deze technologie gebruikt.
- Gebruik Amazon-achtige systemen om onderwijsonderdelen en docenten te evalueren.
Verder bevat het artikel een uitgebreide tabel waarin wordt aangegeven welke bijdrage social networking technologie kan leveren aan de centrale werkprocessen van een onderwijsinstelling (zoals inschrijving of tutoring). Het verschil met en de toegevoegde waarde ten opzichte van ‘gewone’ technologie is hierbij trouwens niet altijd even voor de hand liggend.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Hoe verhoudt zich het beeld aan het begin van het artikel tot:
“Studenten en ouders die zich actief bezig houden met social networking technologie verwachten ook dat het onderwijs deze technologie gebruikt.”
De laatste quote vond ik in een eigen enquete naar educatief instant messaging-gebruik en wensen van studenten. Zij die het vaak gebruikten, zouden het ook graag in hun onderwijs terugzien.
Beiden kunnen waar zijn. Je komt beide opvattingen tegen. Lastig om daar mee om te gaan. Inderdaad.