De (Inter)netgeneratie bestaat of toch niet?

Berverley Oliver en Veronica Goerke hebben haar nu ook in Australië ontdekt: de net-generation. Zij hebben onderzoek gedaan naar toegang van jongeren tot het Internet, naar het gebruik van Internet voor leerdoeleinden door jongeren, naar jongeren en mobiele technologie èn naar het gebruik van ‘emerging communication tools‘ door jongeren (zie tabel 6 en 7). Op basis hiervan concluderen zij dat jongeren in toenemende mate gebruik maken van Internettechnologie, en dat dit gevolgen zou moeten hebben voor het onderwijs


Emerging technologies owned and used by students, and incorporated wisely into university curricula, can go some way towards enhancing high quality, face to face learning experiences, where articulated knowledge is constructed and student achievement of intellectually challenging outcomes is effected. (…) Those devices appear to be getting smaller and smarter, and more prevalent. Therein lies an opportunity for the enterprising university teacher: use students’ mobile devices and social software applications, and challenge them to go beyond their use purely for social ends, and use them to be participative constructors of knowledge in engaging learning experiences.

Geweldig. Alleen: toegang tot Internettechnologie en het gebruik ervan, zijn onvoldoende om te spreken van de net-generation. Daar horen ook nog eens veronderstelde kenmerken als kunnen multitasken etc. bij. Het gaat er dus ook om hoe jongeren gebruik maken van deze technologie.

En volgens masterstudent Robert Langeweg beschikken de meeste jongeren juist niet over deze aan de net-generation toegeschreven kenmerken. Langeweg verkent volgens ICT op School de mogelijkheden van Second Life en Habbo hotel voor het leren van kinderen in het basisonderwijs.


De conclusie van Langeweg is dat er meer claims over opbrengsten van dergelijke virtuele werelden zijn dan ondersteund wordt door onderzoek.

Helaas ik ik de scriptie van Langeweg zelf niet openen. Mijn Acrobat Reader (versie 7.09) geeft een foutmelding. Als iemand mij een leesbare versie kan mailen, dan ben ik hem/haar dankbaar.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

4 reacties

  1. De scriptie gelezen hebbende denk ik dat het meer de conclusie “de netgeneratie bestaat niet” is die in het oog springt dan dat inhoud ervan indruk maakt.
    Al heeft hij waarschijnlijk wel gelijk dat er meer over de internetgeneratie wordt geschreven dan empirisch onderzocht, en hij terecht in het algemeen stelt dat het vaak weinig nuttig is om over ‘generaties’ te spreken alsof het vastomlijnde groepen zijn.
    Maar het empirisch deel bestaat voor de helft uit de mening van 17 leraren over de vraag of hun leerlingen zijn veranderd, waarvan er geloof ik maar 4 vijftien jaar terug konden kijken. En een ongeveer even groot aantal gesprekken met leerlingen van 1 schoolklas.
    Een zin is me na lezing bijgebleven over het onderzoek onder de leraren (ik parafraseer):
    Leerlingen blijken niet veel veranderd te zijn in de afgelopen vijftien jaar, behalve als het om vaardigheden gaat die je toen niet nodig had. Die nieuwe vaardigheden liggen op het gebied van, jawel, nieuwe ICT tools.
    Maar volgens mij zit hem daar nou net het punt waar je op in moet zoomen. Die nieuwe vaardigheden die kennelijk nodig zijn.
    Nu staat er dat er niets veranderd is, behalve daar waar dat wel zo is. Naar mening van de leraren dan.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *