Docenten, lerenden en hun percepties op communicatie

Docenten en lerenden hebben vaak verschillende percepties als het gaat om communicatie. Over dit onderwerp gaat het artikel Perspectives on Communicating with the Net Generation (aanrader!).  Zo verwachten lerenden vaak dat docenten dankzij e-mail altijd en snel antwoord kunnen geven op vragen. Docenten, op hun beurt, vinden dat lerenden veelal te informeel communiceren via ICT. In dit artikel proberen een digital immigrant en een digital native -de auteurs typeren zichzelf als zodanig-  de volgende vragen rond dit onderwerp te beantwoorden:


Should we insist that students conform to the way things have always
been done? Should we look past traditional conventions and embrace students and their digital communication modes as they are? Or can we meet them somewhere in the middle?

De auteurs beschrijven eerst hoe zij zelf omgaan met moderne communicatiemiddelen. De ‘digitale immigrant’ beschrijft bijvoorbeeld dat taal in de afgelopen veertig jaar sowieso minder formeel is geworden.


Since informality in oral and written language has become more acceptable, the
digital native, accordingly, does not seem to make the same distinctions between formal and informal language that I do.

De digital native stelt onder meer:


Many digital natives expect immediate feedback for their efforts, not because they are simply impatient, but because they tend to work and learn at what Prensky refers to as "twitch speed" (2001, ¶3). (…) Digital natives move quickly through information and prefer to seek out answers actively, rather than wait passively.

Zij introduceert ook het fenomeen netspeak, dat steeds manifester wordt als gevolg van -bijvoorbeeld- social networking sites zoals MySpace of Hyves (die volgens deze auteur manieren van communiceren mogelijk maken waar digitale immigranten zich maar moeilijk een voorstelling van kunnen maken):


Netspeak melds slang and nonstandard English with more traditional grammar conventions and a horde of acronyms, such as “brb” (be right back), “lol” (laughing out loud), and “imho” (in my humble opinion). While it is far from standard, this language does allow digital natives to express themselves in ways that traditional writing does not accommodate (Huffaker and Calvert 2005). It is no wonder that so many digital natives, communicating with their instructors via the same media they use to communicate with peers, use the same linguistic models as well.

Vervolgens beschrijven de auteurs hoe zij zelf om gaan met de verschillende perspectieven ten aanzien van communicatie. Het komt er in feite op neer dat het belangrijk is dat docenten en lerenden afspraken ‘professionele standaarden’ definiëren (wat communiceer je wel en wat niet via e-mail?), afspraken met elkaar maken (stuur het mailtje nog eens als ik niet binnen 48 uur heb gereageerd) en verwachtingen helder maken. Maar dat betekent vooral ook dat docenten en lerenden zich bewust moeten zijn van die verschillende percepties van communiceren (en er geen waardeoordeel aan hechten).

Een interessant artikel, vooral ook door de opzet ervan. De manier waarop communicatie verandert (mede als gevolg van technologie), wordt ook -zij het wat oppervlakkig- beschreven in Social Networking, the Third Place, and the Evolution of Communication.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

3 reacties

  1. Goed verhaal inderdaad. Goede samenvatting ook.
    Ik heb zelf de ervaring dat digital immigrants moeite hebben enigszins ’toe te geven’ aan de communicatiestijl van jongeren. Vaak wordt daar nogal neerbuigend en afkeurend over gedacht. Veel docenten voelen er niets voor om te chatten en ‘af te moeten dalen’ naar het communicatieniveau van hun leerlingen.
    Persoonlijk vind ik het juist wel van enige professionaliteit getuigen als je je een beetje kunt verdiepen in de belevinswereld van je leerlingen of studenten.

  2. Machtig artikel, Wilfred! Razend interessant voor mij als taaldocent van de netgeneratie. Niet te missen: at betreft de thema’s taalvariatie niet, communicatie en haar perceptieperspectieven niet én de doelgroepen en relaties netgeneratie-‘onderwijsprofessionals'(om eens een ‘Rubens’ te gebruiken 🙂 ) niet!
    Ik gebruik welbewust eens de term ‘docent’. Ik weet wel dat die voor ‘leraren’ op de hogeschool wordt gebruikt en voor lesgevers aan de universiteit die nog niet klaar zijn met hun doctoraat of wel al promoveerden maar nog niet hoogleraar werden. Wordt de term ‘docent’ in Nederland toch ook gebruikt voor leraren in het middelbaar?

  3. @ Fons: mee eens. Tijdens de Surf Onderwijsdagen 2007 gaf Antoine van Beest van Fontys aan dat je als onderwijsinstelling niet persé de jeugdcultuur de school in moet halen, maar wel aansluiting moet zoeken bij die jeugdcultuur. Dat vind ik ook als het gaat om communicatie. Je hoeft niet op dezelfde manier te communiceren (vinden jongeren je dan nog authentiek?). Maar je moet je er wel in willen verdiepen. En het niet veroordelen.
    @ Janien: binnen het voortgezet onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs in Nederland spreken we ook van docenten.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *