OWD 2008: effecten van projecten

Van de eerste sessie na de opening hield ik het gevoel over: we krijgen de les gelezen. Twee adviseurs van KPMG maakten duidelijk dat binnen onderwijsorganisaties nauwelijks wordt gestuurd op

  • planning, budget, functionaliteiten,
  • resultaten,
  • en projectdoelstellingen.

Veel, meer complexe, projecten en programma's mislukken in de praktijk. Dat komt volgens KPMG omdat het management in het begin vaak een te grote broek aantrekt qua ambities, en projectsucces vaak wordt geïnterpreteerd als het terugbrengen naar een acceptabel niveau van projectfalen (of van het minmimaliseren van 'baten lekkage').

Belangrijke succesfactoren voor projecten zijn volgens deze adviseurs: een positionering hoog binnen de organisatie (rapporteren aan directie), gecertificeerde projectmanagers en een gedegen risicomanagement tijdens de planning (en niet de obligate paragraaf 'risico's managen').

Zij pleitten sterk voor het op baten sturen (leidt onder meer tot betere bewustwording, het beter bijstellen van projecten en een betere verantwoording van middelen.

Het formuleren van een duidelijke businesscase vooraf (inclusief te behalen baten), en het beleggen van de business case in de lijn zijn belangrijk. Gelukkig waarschuwden de sprekers er ook voor om baten niet te over-kwantificeren.

Ik vond het allemaal wel heel erg blauwdruk-denken. Natuurlijk: het onderwijs is lang niet altijd even goed in het managen van projecten en programma's. En vanzelfsprekend mogen we kritischer kijken naar meetbare, niet-meetbare, financiële en niet-financiële effecten, zoals de KPMG-ers terecht aangaven.

Tegelijkertijd is hierbij niet alleen sprake van een kwalitatief probleem (onvoldoende expertise), maar ook van een kwestie van een gebrek aan menskracht en innovatiebudget. Daarbij geldt ook -zo werd ook tijdens de sessie onderstreept- dat causale relaties tussen projecten en effecten niet altijd ' te bewijzen' zijn.

Probeer wel, zo werd gezegd, aannemelijk te maken dat een bepaalde interventie een bepaald effect heeft. Maar wees realistisch.

Het gevoel 'we krijgen de les gelezen' komt waarschijnlijk door de manier van vragen stellen van de presentatoren. Een beetje vragen naar de bekende weg, waarbij de antwoorden er niet veel toe leken te doen.

Tot slot vraag ik me af: mag het een onsje minder 'blauwdruk' zijn?

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

5 reacties

  1. Aan welke (soorten) projecten moet ik dan aan gaan denken? Projecten waar veel gebruik word gemaakt van ICT? Mediaeducatie-leerlijnen? Profielen?
    Gaven ze daar voorbeelden van? Dan kan ik me er wat betere voorstelling van maken waar ze over praten in die “blauwdrukken”. 🙂

  2. Wilfred, ik worstel met hetzelfde probleem: hoe ‘maakbaar’ is een organisatie, oftewel, kun je met een strak geleid project de kans op succes vergroten? Ja dat kan, mits:
    * je niet uitgaat van ‘Jantje met de nieuwe hamer, voor wie alles een spijker is’ (alles is op te lossen als je er maar een project van maakt)
    * rekening houdt met de cultuur van de organisatie (als men niet gewend is aan projectmatig werken, geen uren wil schrijven, geen uren krijgt om iets voor elkaar te krijgen, geen verantwoordelijkheid neemt, enzovoorts, gaat het zowiezo niet werken).
    Toch zie ik regelmatig de ellende om me heen als dingen niet projectmatig worden aangepakt. Ik zou willen, dat onderwijsorganisaties op sommige punten eens wat meer blauwdruk gingen denken!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *