Artificial General Intelligence (AGI) komt mogelijk dichterbij door een nieuwe aanpak genaamd Machine Psychology. Dit blijkt volgens ScienceDaily uit het proefschrift van Robert Johansson van de Universiteit van Linköping. Eerlijk gezegd ben ik er niet uit wat ik hiervan moet vinden.
Johansson is werkzaam op het gebied van computerwetenschappen en klinische psychologie. AGI verwijst naar AI die intellectuele taken op menselijk niveau kan uitvoeren. Wetenschappers streven hier al sinds de jaren vijftig naar. En mensen als Sam Altman (OpenAI) voorspellen al een tijdje dat we hier op afzienbare tijd over beschikken.
Johansson denkt dat AGI binnen vijf jaar werkelijkheid kan worden door psychologische leerprincipes te combineren met AI-systemen. Hij ziet Machine Psychology, een term die hij zelf heeft geïntroduceerd, als een brug tussen AI en menselijke intelligentie. In tegenstelling tot de vaak sombere toekomstbeelden in films en media, ziet Johansson vooral positieve mogelijkheden, zoals de ontwikkeling van virtuele onderzoekers en psychologen.
Voor zijn onderzoek kiest Johansson een andere weg dan veel collega-wetenschappers. Waar anderen zich richten op grote taalmodellen zoals ChatGPT of het simuleren van hersenen, onderzoekt hij psychologische leerprincipes die menselijke intelligentie verklaren. Deze principes implementeert hij vervolgens in het Non-Axiomatic Reasoning System (NARS). Dit systeem kan werken met onvolledige gegevens, beperkte rekenkracht en in realtime situaties, wat het geschikt maakt voor het oplossen van problemen in de echte wereld.
De kern van Machine Psychology, een gebied waar volgens ScienceDaily ook bijvoorbeeld Google DeepMind zich op richt, draait om het vermogen van AI om te leren van ervaringen en deze kennis toe te passen in nieuwe situaties. Dit vermogen is normaliter uniek voor mensen en begint zich al te ontwikkelen vanaf 18 maanden oud. Volgens Johansson zou een computersysteem dat dit kan nabootsen, de sleutel kunnen zijn tot het ontwikkelen van AGI op menselijk niveau.
Johansson ziet daarbij ook uitdagingen, vooral in een wereld met sociale en politieke spanningen. AGI zou kunnen worden misbruikt om verdeeldheid te zaaien. Aan de andere kant kan de technologie ook bijdragen aan positieve ontwikkelingen, zoals het bevorderen van empathie en begrip tussen mensen.
Naast technische vraagstukken spelen er ook ethische en juridische kwesties. Als AGI bewustzijn ontwikkelt, roept dit vragen op over rechten en plichten van deze systemen. Hoewel het technisch gezien misschien maar een programma is dat je via een webbrowser gebruikt, stelt Johansson dat een AGI met bewustzijn als een vorm van leven beschouwd zou moeten worden.
Mijn opmerkingen
Robert Johansson laat met AGI via Machine Psychology zien dat psychologie een belangrijke rol kan spelen bij het ontwikkelen van AI. Ik vind wel dat hij het uitvoeren van intellectuele taken sterk rationeel benadert. Bij het uitvoeren van intellectuele taken houden mensen -als het goed is- ook rekening met niet-rationele aspecten. Ze schatten bijvoorbeeld ook in wat het effect is op de relatie met andere personen. Ook kunnen zij rekening houden met verschillende contexten die van invloed kunnen zijn op de aard van de taak.
Linköping University. “Machine psychology: A bridge to general AI?.” ScienceDaily. ScienceDaily, 19 December 2024. www.sciencedaily.com/releases/2024/12/241219190259.htm.
Mijn bronnen over (generatieve) artificiële intelligentie
Deze pagina bevat al mijn bijdragen over (generatieve) artificiële intelligentie, zoals ChatGPT.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie