Blended learning en studiesucces

In het artikel “The 5 Pillars of Blended Learning: Building a Solid Foundation for Student Success” beschrijft Sherri Powell vijf pijlers van blended learning die moeten bijdragen aan succesvol studeren.

Illustration of a mixed group of students representing different descents and genders. Some are outside in a university setting, engrossed in their books, while others are indoors, engaged in online classes on their laptops.
DALL-E: Illustration of a mixed group of students representing different descents and genders. Some are outside in a university setting, engrossed in their books, while others are indoors, engaged in online classes on their laptops.

Zij werd snel tijdens haar loopbaan geconfronteerd met een klas die bestond uit lerenden met een zeer diverse achtergrond, zowel cultureel gezien als wat betreft leer- en gedragsproblematiek. Al snel merkte zij dat relaties opbouwen en een veilige en ondersteunende leeromgeving creëren essentieel waren om hier mee om te gaan. Maar ook blended learning bleek hiervoor van groot belang.

Powell vat vijf essentiële pijlers voor effectief blended learning samen:

1: Het ontwerpen van een blended leerervaring

Het ontwerpen van een gemengde leerervaring vereist aandacht voor zowel online als leren tijdens bijeenkomsten, en hoe deze twee samenwerken. Het gebruik van een digitaal planner en een LMS (waarin je beschikt over zo’n planner) helpt lerenden georganiseerd te blijven en gestructureerd te leren. Tips voor een boeiende leerervaring omvatten het bieden van keuzes aan leren, het integreren van interactieve activiteiten en het personaliseren van de leerervaring.

2: Toetsen en data-gestuurd onderwijs

Regelmatige toetsen en data-gestuurd onderwijs zijn volgens de auteur cruciaal. Zij benadrukt daarbij vooral het belang van formatief handelen waarbij je zicht krijgt op de voortgang en regelmatig feedback kunt geven. Tools zoals Quizizz en Nearpod helpen bij het faciliteren van formatief toetsen en het volgen van de voortgang van studenten. Ontdekking-gedreven planning, waarbij docenten en lerenden samenwerken om leerdoelen en activiteiten vast te stellen, is volgens Powell ook essentieel.

3: Gepersonaliseerde instructie

Gepersonaliseerde instructie bij blended learning kan worden gerealiseerd door het gebruik van digitale hulpmiddelen en bronnen die aansluiten bij individuele leerbehoeften. Dit omvat verschillende leerpaden, contenttypes en manieren leeruitkomsten te behalen. De nadruk ligt op onderwijs gericht op de lerende, interactie, samenwerking en creatie, evenals het gebruik van interactieve simulaties, adaptieve leerplatformen, keuzemenu’s en afspeellijsten. Hiertoe behoort volgens Powell ook het opbouwen van relaties met lerenden, zowel online als persoonlijk. Daarmee creëer je een gevoel van gemeenschap en saamhorigheid dat lerenden motiveert en engageert. Dat kan bijvoorbeeld door te bevorderen dat lerenden deelnemen aan online discussies, via virtuele spreekuren of door ontmoetingen -individueel of in kleine groepen- via videoconferentieplatforms zoals MS Teams of Zoom.

4: ‘Student agency’

‘Student agency’ verhoogt de betrokkenheid en motivatie. Volgens de OECD is dit het vermogen om een doel te stellen, na te denken en verantwoordelijk te handelen om verandering te bewerkstelligen. Dit kan volgens de auteur onder meer worden bereikt door keuzeborden, zelfgestuurde leermodules, peilingen voor feedback van lerenden en het stimuleren van samenwerking. Het gebruik van online hulpmiddelen draagt bij aan uitdagende leerervaringen die kritisch denken en probleemoplossing bevorderen.

5: Discipline

Discipline bij blended learning bevorder je door uitdagende leeractiviteiten en door het hanteren van hoge normen. Hierbij houd je rekening met de leerbehoeften van lerenden, hun betrokkenheid bij de inhoud, reflectie op hun leren en de manier waarop zij hun kennis demonstreren. Daarnaast gebruik je tools en functionaliteiten die lerenden vooral ondersteunen bij het leren. Powell geeft daarbij een voorbeeld van programma’s voor het leesonderwijs.

Zij sluit af met enkele tips om blended learning in te bedden binnen het eigen onderwijs.

Mijn opmerkingen

Dit zijn belangrijke elementen, waar nog veel meer over te zeggen is. Je kunt bijvoorbeeld nog explicieter verwijzen naar het faciliteren van didactische richtlijnen of naar het belang om lerenden voor te bereiden op deze manier van leren (zelfregulering maakt m.i. deel uit van wat Powell ‘discipline’ noemt).

Maar wat ik vooral wil opmerken: blended learning pas je niet als individuele docent of opleider toe. Je kiest er als team voor, en je stemt ook intern af welke technologieën/functionaliteiten je gebruikt voor welke processen (zoals de workflow rond opdrachten).

De bijdrage van Powell suggereert dat je als individueel docent de keuze kunt maken voor blended learning. Binnen het koepelbegrip ‘blended learning’ maak je gezamenlijk een keuze voor een model voor blended learning. Binnen zo’n model kun je als individueel docent keuzes maken ten aanzien van onder meer werkvormen en leerinhouden. Je kunt deels ook keuzes maken ten aanzien van technologie, afhankelijk van de complexiteit van de technologie en rekening houdend met zaken als de AVG.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *