CvI managementconferentie #cvi09: maak authentieke connecties

Na de gebruikelijke openingswoorden (van onder meer staatssecretaris Marja van Bijsterveldt en
MBO Raad-voorzitter Jan van Zijl), die ik via Twitter heb verslagen, mocht Sandy Shugart de
tweejaarlijkse managementconferentie van het Consortium voor Innovatie openen.

Shugart is president van het Valencia Community College, zeg maar een regionaal opleidingencentrum
met maar liefst 65 duizend deelnemers. Daarnaast is Shugart ook dichter, liedjesschrijver en
muzikant (een cd van hem is o.a. via iTunes te koop).

Al deze talenten zet hij tijdens zijn presentaties in. De keynote was daarom bepaald geen
gebruikelijke toespraak, maar een afwisseling van zang, gedichten, persoonlijke verhalen en
boodschappen. Erg origineel, al durf ik te wedden dat een grote groep aanwezigen wat anders had
gewild. Net als moderne kunst: je houdt er van, of helemaal niet. Mij sprak het erg aan, ook al
ben ik het inhoudelijk niet helemaal eens met deze spreker (waarover straks meer).

Shugart ging in zijn bijdrage in op een nieuwe generatiekloof tussen ouderen en jongeren. Volgens hem
is dit de grootste culturele verandering van de eeuw (hoewel deze eeuw natuurlijk pas recent is
gestart).

De spreker doelt daarbij op de oudere generatie die 'groot' is geworden in het modernisme, en de
eerste generatie jongeren die opgroeien in een 'postmoderne' traditie. Op de Nederlandse wikipedia-pagina over postmodernisme worden de verschillen tussen deze
stromingen goed duidelijk gemaakt. Het modernisme (volgens Shugart wij ouderen) gaat uit van
ordelijkheid, voorspelbaarheid, controle, oorzaak en gevolg, van wetenschappelijke methodes.
Belangrijk hierbij is ook dat het modernisme uitgaat van universele principes, en dat er zo iets
als 'de waarheid' bestaat. Voor postmodernisten (jongeren volgens onze keynote spreker) bestaat er
niet zo iets als 'de waarheid'. Zij gaan uit van meerdere percepties. Sleutelwoorden zijn volgens
Shugart onder meer: geen oorzaak en gevolg, maar 'kans', en 'stuff happens'.

Postmodernisten groeien ook op in wat Shugart noemt 'postmodern consumer capitalism'.
In deze vorm van kapitalisme worden behoeften gecreëerd, waarvan je als individu het bestaan niet wist. Op een
manipulatieve manier worden je vervolgens oplossingen aangesmeerd om deze behoeften mee te
bevredigen. Dit leidt bij jongeren tot sterk calculerend gedrag: "Ik heb er voor betaald, dus wil
ik het op mijn voorwaarden hebben".

Postmoderne jongeren willen ook hun "eigen verhaal" schrijven, hun eigen film maken. Zij gaan er
ook van uit dat wat betekenisvol voor de een is, dat nog niet voor de ander hoeft te zijn.
Postmodernisten vinden dat niet erg, modernisten kunnen zich daar erg over opwinden. Discussies over het 'nut' van Twitter vind ik daar een goed
voorbeeld van. Modernisten -die Twitter niet zien zitten- kunnen zich niet voorstellen dat Twitter
betekenisvol van mensen kan zijn. Postmodernisten -die Twitter niet zien zitten- halen hun
schouders op.

Terug naar Shugart. Hij gaf ook aan dat postmoderne jongeren vaak een lage dunk hebben van
organisaties. Zij gaan er op basis van hun ervaringen van uit dat organisaties hen willen
gebruiken, terwijl modernisten er van uit gaan dat organisaties morele doelen hebben.

Volgens Shugart is dat ook de reden dat jongeren geen bloed meer doneren (geen vertrouwen in het
systeem), en vinden dat scholen niet daadwerkelijk in hen geïnteresseerd zijn (waardoor jongeren
steeds vaker bedrog plegen bij beoordelen).

Hoe daar mee om te gaan? Volgens Shugart is het belangrijk dat het onderwijs er
in slaagt authentieke, betekenisvolle, verbindingen te maken met jongeren (ook al kan de term 'betekenisvol' door jongeren dus verschillend worden ingevuld). Het onderwijs moet
jongeren daadwerkelijk 'engageren'. Bijvoorbeeld door hen niet als nummer te behandelen (wat is je
studentnummer?), maar als persoon. Personalisering is dus heel belangrijk, net als waardigheid en
respect. Shugart adviseerde ook om kleinschalige gemeenschappen tussen lerenden en docenten te
faciliteren. Deze gemeenschappen fungeren ook als learning communities. ICT speelt daarbij
een belangrijke rol.

Om betekenisvolle verbindingen met lerenden te maken, kan het ook noodzakelijk zijn dat je
bepaalde wetten en regels overtreedt. Volgens Shugart moeten medewerkers in alle lagen van de
organisatie in staat zijn om regels op een zinvolle manier te overtreden. In het belang van de
lerende. Hij gaf daarbij een voorbeeld uit de eigen praktijk, waarbij een arme leerling geld
terugkreeg ook al was een bepaalde deadline overschreden. "Rules are tools, and no idols"
zei Shugart.

In veel gevallen ben ik het vaak met de analyse van sprekers eens, maar deel ik hun oplossingen
niet (volledig). Bij Shugart is het precies omgedraaid. Wat hij zij over het faciliteren van
kleinschalige gemeenschappen, de persoonlijke benadering, authentieke connecties en het 'zinvol'
overtreden van regels, is mij uit het hart gegrepen. Maar ik stel vraagtekens bij zijn analyse:

  • Ik heb er moeite mee om cultuur-filosofische stromingen te vertalen in labels voor
    generaties. Ik vraag me af of je jongeren zo maar tot 'postmodernist' kunt uitroepen, en ouderen
    tot 'modernist'. Volgens mij is dat veel diffuser. Het postmodernisme is bepaald geen nieuwe
    stroming. Veel meer mensen dan alleen 20-minners zouden er door beïnvloed moeten zijn. Maar ja: als je vraagt naar 'onderzoek' word je natuurlijk meteen bestempeld als 'modernist'…
  • Er is veel kritiek gekomen op het postmodernisme. Ik heb zelfs het idee dat deze stroming
    op z'n retour is. Dat geldt vooral voor het ver doorgeslagen cultuurrelativisme (er bestaat niet
    zo iets als 'de waarheid'). Dit kan erg gevaarlijk zijn. Menig dictator bestrijdt met die argumentatie bijvoorbeeld mensenrechten. Volgens mij hechten veel jongeren ook aan bepaalde universele waarden, zoals vriendschap, respect en verbondenheid.
  • Het 'consumentenkapitalisme' kom je inderdaad op diverse plekken in de samenleving tegen (media, reclame, etc). Maar ik vraag me af of dit een typisch kenmerk is van het postmodernisme.
  • Je wordt ook ontmoedigd van de visie dat alle jongeren zijn opgegroeid in een postmoderne wereld. Hoe kan het onderwijs de cynische kant van het postmodernisme bestrijden als de rest van de wereld -met veel meer invloed op jongeren- postmodern is?

Lees ook de impressie van Jef van den Hurk of bekijk de keynote via Presentations2Go.

Ik heb zelf met mijn Flip nog een opname gemaakt van Sandy Shugart's laatste lied.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

4 reacties

  1. Wilfred, Een mooie analyse, maar toch een opmerking, waar je schrijft dat er (en ik ben het met je eens) reden blijft voor optimisme als je schrijft ‘ Volgens mij hechten veel jongeren ook aan bepaalde universele waarden, zoals vriendschap, respect en verbondenheid.’ Je vervolgt met ‘Het ‘consumentenkapitalisme’ kom je inderdaad op diverse plekken in de samenleving tegen (media, reclame, etc). Maar ik vraag me af of dit een typisch kenmerk is van het postmodernisme.’ Mis je daarmee niet het punt dat dit ‘consumentenkapitalisme’ (ik noem het gewoon invloed van de media) een buitenproportionele invloed heeft gekregen op de invulling van die universele waarden? Bedenk dat tegelijkertijd andere (tegen)invloeden (familie, gezin, andere opvoeders dan de ouders) in aantal en waarde zijn afgenomen.

  2. @Johannes: ik weet niet of het klopt wat je veronderstelt. In elk geval mis ik de peer group aqls zeer belangrijke beïnvloedende factor. Ik durf niet te stellen dat media een ‘buitenproportionele invloed’ hebben gekregen.

  3. Wilfred,
    Die invloed IS enorm gegroeid, het plaatje http://www.scribd.com/doc/2634176/invloed-van-de-media
    is van 2002 en het zal tot nu in ieder geval niet beter zijn geworden.
    Bedenk dat de toename van invloed van de media ten koste gaat van de andere (van oudsher opvoedende) invloeden.
    Normen en waarden komen dus voor steeds een groter deel niet van ouders of school, maar uit de media. Reden om jou te vragen of je dan wel zo optimistisch kan blijven over het voortbestaan van de universele waarden die jongeren volgens jou hebben.
    Met mij denken anderen dat dit niet vanzelf goed komt.
    Het is een van de redenen waarom de Raad van cultuur tot dit advies (over mediawijsheid) kwam. http://www.cultuur.nl/adviezen_vervolg.php?id=4&advies=3997

  4. @johannes: het plaatje geeft niet aan of de invloed van media in de loop van de jaren groter is geworden. Wel op welke leeftijd media belangrijk zijn. Ik mis in dit plaatje nog steeds de invloed van de peer group. Verder ben ik groot voorstander van ‘mediawijsheid’ (wat ik liever digitale geletterdheid noem).

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *