Sinds vandaag ben ik geabonneerd op de blog van Punya Mishra, een associate professor aan de Michigan State University die zich bezighoudt met technology enhanced learning.
In één van zijn recente blogposts legt Mishra zijdelings de nadruk op de context waarbinnen technologie wordt ingezet om leren te faciliteren. Dat impliceert dat wat in de ene situatie werkt, nog niet in de andere situatie hoeft te werken. Microbloggen als middel voor het maken van aantekeningen zou bijvoorbeeld wel kunnen werken bij oudere studenten, maar niet bij jonge leerlingen.
De vraag is dan natuurlijk: waaruit bestaat de context?
Volgens mij uit de volgende factoren:
- Leerdoelen
- Plaats/setting (dus ook de fysieke ruimte)
- Leerinhouden
- Leerproces
- Doelgroep (lerenden)
- Beschikbare technologieën
- Aanwezige ondersteuning (materialen, mensen)
- Docenten (o.a. hun houding ten aanzien van technologie)
- Interactiemogelijkheden (belangrijk of niet; fysiek of virtueel)
Ik kan me leerinhouden voorstellen waarbij het belangrijk is dat Facebook niet bezocht wordt, maar ook leerdoelen waarbij je YouTube prima kunt inzetten. In elk geval kan het geen kwaad meer aandacht te besteden aan de context waarin technologie voor leren wordt ingezet.
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie