Is leertechnologie onvoldoende gebaseerd op wetenschappelijk bewijs?

De potentie van leertechnologie wordt onvoldoende benut omdat wetenschappelijk onderzoek geen rol speelt in de ontwikkeling, het gebruik en de evaluatie van deze technologie. Dat stellen Fabio Segura en Simon Sommer van de Zwitserse Jacobs Foundation. Zij pleiten ervoor om leertechnologie te ontwikkelen op een manier zoals ook medicijnen worden ontwikkeld. Volgens mij is dat echter nog niet zo eenvoudig.

laboratoriumVolgens Fabio Segura en Simon Sommer heeft leertechnologie de potentie om de kwaliteit, doelmatigheid en toegankelijkheid van het onderwijs te verbeteren. De grootste belofte van leertechnologie is volgens deze auteurs zelfs het mogelijk maken van gepersonaliseerde leerervaringen, waarbij leren is afgestemd op de context van de lerende, diens interesses en bekwaamheden (volgens UNESCO is dat een mensenrecht).

Toch wordt het potentieel van leertechnologie nog steeds onvoldoende benut. Segura en Sommer geven als oorzaak aan: solide wetenschappelijk bewijs speelt momenteel geen integrale rol in de wijze waarop de meeste leertechnologieën worden ontworpen, ingezet en geëvalueerd. Zij verwijzen naar een recent verschenen rapport waaruit blijkt dat slechts 7 procent van de edtech-bedrijven gebruik maakt van gerandomiseerde gecontroleerde onderzoeken om bewijs van impact te vinden. Afnemers van leertechnologie blijken op hun beurt ook geen harde bewijzen te eisen die de doeltreffendheid aantonen van de leertechnologie die zij aanschaffen. Een onderzoek onder 515 beslissers laat zien dat slechts 11% peer-reviewed onderzoek verlangt.

Segura en Sommer vinden dat dit moet veranderen. Zij stellen dat leertechnologieën pas een reëel effect sorteren als zij grondig worden getest en beoordeeld, vergelijkbaar met medische producten. Het is volgens hen hoog tijd om een wetenschappelijk gefundeerde benadering in het hart van de ‘edtech sector’ te plaatsen, gezien de enorme hoeveelheid kapitaal die in deze sector omgaat (schatting wereldwijd 300 miljard dollar) en het toenemende belang van leertechnologie. Volgens de auteurs is dit noodzakelijk voor groei op lange termijn en een duurzaam en effectief gebruik van leertechnologie. Dit vergt volgens hen een ingrijpende cultuuromslag. De kloof tussen wetenschap en industrie moet worden overbrugd. Wetenschappelijk bewijs zal volgens Segura en Sommer bij investeringsbeslissingen prioriteit moeten krijgen, wil leertechnologie de potentie waar kunnen maken.

De Jacobs Foundation investeert zelf in een onderzoeksinstituut van Universiteit van Californië (CERES) en in “edtech venture” fondsen die willen investeren in projecten die worden ondersteund door onderzoek.

Mijn opmerkingen

Ik ben groot voorstander van de ontwikkeling en het gebruik van leertechnologie op basis van wat we weten over wat werkt op het gebied van leren en onderwijs. Ik weet alleen niet of de vergelijking met de ontwikkeling van medische producten zo’n gelukkige is. Medicijnen worden in een laboratorium ontwikkeld en vaak eerst uitgeprobeerd op proefdieren (er schijnen hiervoor alternatieven te zijn). Vervolgens worden medicijnen op proefpersonen getest en na uitgebreide tests door controlerende instanties zoals het Europees Geneesmiddelenbureau in gebruik genomen.

Onderwijs vindt niet in een laboratorium plaats. We beschikken niet over proefdieren en we zijn terecht huiverig om lerenden als proefpersonen te behandelen. Er zijn ook geen controlerende instanties die akkoord geven op de ingebruikname van leertechnologie. Daar komt bij dat er op het gebied van medicijnen en de bijbehorende R&D veel meer geld beschikbaar is.

Contextfactoren zoals doelgroep, de deskundigheid van een docent en het vakgebied spelen ook een veel grotere rol bij het beïnvloeden van de effectiviteit van leertechnologie. Het gebruik van bepaalde leertechnologie bij wiskunde in 5 VWO kan leiden tot goede leerresultaten, terwijl de inzet van dezelfde leertechnologie voor spelling in groep 6 van het basisonderwijs kan leiden tot minder goede leerresultaten.

We kunnen wel aannemelijk maken of een bepaalde leertechnologie leerzaam is door te analyseren op welke didactische richtlijnen deze gebaseerd is. Gaat de leertechnologie uit van mythes zoals ‘leerstijlen’ of van principes zoals ‘retrieval practice‘? Daarnaast is het van belang om nieuwe technologie eerst op kleine schaal uit te proberen en grondig te evalueren (ook met experimentele groepen en controlegroepen), rekening houdend met de diversiteit aan contexten. Leveranciers zouden terughoudend moeten zijn in het doen van ‘onbewezen uitspraken’ over de effectiviteit. Onderwijsinstellingen zouden hierop moeten doorvragen.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *