Vooral aan het begin van de Coronacrisis zijn onderwijsinstellingen en opleiders noodgedwongen overhaast overgestapt op ‘remote emergency teaching‘. Volgens de bijdrage What is Quality Online Learning Versus Remote Emergency Instruction? is deze aanpak niet te vergelijken met online leren van goede kwaliteit.
Volgens de auteur kenmerkt online leren van goede kwaliteit zich door een aantal kenmerken:
Leren als een sociale aangelegenheid
Er is sprake van interacties tussen de docent en de lerende en tussen lerenden onderling. Docenten gebruiken technologie voor het geven van persoonlijke feedback, steun en begeleiding (feedback hoeft trouwens niet altijd persoonlijk te zijn). Interacties tussen lerenden kunnen betrekking hebben op het bespreken van problemen via messaging of forums, op discussiëren of op het samenwerken aan een vraagstuk.
Leren door kennisverwerving
Lerenden verwerven kennis door het bestuderen van leermateriaal in verschillende formaten en modaliteiten (live online sessies, podcasts, video’s, artikelen, infographics, etc).
Leren door toe te passen
Lerenden vervullen een actieve rol in het leerproces. Zij verwerken leerstof op een actieve manier en niet alleen door te lezen of te luisteren. Lerenden hebben de mogelijkheid om het geleerde toe te passen of te laten zien wat ze hebben geleerd. Dat kan via verschillende formats en activiteiten (opdracht uitwerken, quiz maken, multimodale presentatie geven, elkaar feedback geven, enzovoorts).
Leren door autonomie
Lerenden hebben de mogelijkheid om hun leren zelf te sturen. Zij kunnen keuzes maken in tempo, tijd en inhoud. Dat vraagt ook om asynchroon online leren, naast enige face-to-face-interactie. Volgens de auteur kun je met asynchrone leerervaringen meer rekening houden met de verschillen in de manier waarop lerenden informatie waarnemen en begrijpen.
Merk bij dit laatste kenmerk op dat lerenden vaak ook moeite hebben om hun eigen leren te sturen. Zij hebben daar ondersteuning bij nodig, bijvoorbeeld in de vorm van een duidelijke structuur. Zie ook: Hoe bevorder je het zelfregulerend gedrag van studenten? Daarnaast is het vooral belangrijk om bijvoorbeeld woord en beeld met elkaar te combineren omdat wij allemaal informatie door middel van verschillende kanalen verwerken.
Op zich zijn dit relevante kenmerken, die m.i. ook gelden voor blended en volledig fysiek onderwijs. Er zijn ook meer relevante pedagogisch-didactische richtlijnen voor online leren dan deze vier kenmerken.
Deze bijdrage slaat op een aantal punten de plank ook flink mis:
- Online leren zou rekening moeten houden met verschillende leerstijlen. De auteur refereert daar in het laatste kenmerk in feite ook aan. We weten echter dat leerstijlen een hardnekkige onderwijsmythe zijn.
- De auteur interpreteert ‘student engagement‘ op een vreemde manier (“attention, curiosity, interest and passion that students have for their learning). Het gaat bij ‘student engagement’ echter om de investeringen die lerenden doen (meer informatie hier en hier).
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie