Is een LMS pedagogisch-didactisch geschikt en compatibel?

In The Myth of the Pedagogically Neutral LMS adviseert Ian McNaught om vooral vanuit een pedagogisch-didactisch perspectief te kijken of een leermanagementsysteem (LMS) geschikt en compatibel is. Je moet daarbij wat mij betreft wel oog hebben voor details.

We denken vaak dat wij software kunnen aanpassen aan onze werkwijzen. Dat is vaak maar deels het geval. Ian McNaught stelt m.i. terecht dat technologie altijd onze praktijk vorm geeft. Een complex en alomvattend systeem als een LMS bepaalt volgens hem ook hoe je werkt. Daarnaast schept een LMS mogelijkheden en legt het ook beperkingen op.

Als je als organisatie een nieuw LMS selecteert dan selecteer je ook ingebakken processen en werkwijzen die beïnvloeden hoe medewerkers hun werk kunnen doen. Je selecteert ook expertise waarvan je hoopt dat het jouw praktijk beter maakt. Bij een LMS gaat het dan om het organiseren van het leren, het leren en doceren.

Daarom moet je volgens McNaught kijken naar de pedagogisch-didactische geschiktheid en compatibiliteit van een LMS. Onder geschiktheid verstaat hij:

  • Heeft het LMS de functionaliteiten die het moet hebben?
  • Zijn de functionaliteiten geïmplementeerd op een manier die bij jullie past?
  • Biedt het LMS krachtige functies zonder de gebruiksvriendelijkheid op te offeren?
  • Maakt het de organisatie efficiënter en effectiever in het bereiken van jullie missie?

Compatibiliteit is volgens McNaught dan:

  • Is het LMS goed afgestemd op jullie pedagogisch-didactische principes of gaat het uit van andere veronderstellingen? Indien verschillend, reflecteer waarom? Wat kun je hier van leren?
  • Wat voor systeem is het in de kern? Ligt de nadruk op het leveren van inhoud of op het faciliteren van interactie? Wat wil je dat het is?
  • Voor wie is het LMS volgens jou ontwikkeld? Voor beheerders, docenten of lerenden?
  • Biedt het LMS ruimte voor groei en ontwikkeling in de richting die jullie uitgaan of koerst men een andere richting uit?
  • Hoe goed zal het LMS samenwerken met de andere bestaande systemen? Voorkom dat een mens moet fungeren als scheidsrechter tussen het LMS andere systemen. Gegevensintegratie is tegenwoordig essentieel en een LMS moet dat kunnen ondersteunen.

Technologie moet organisaties kunnen ondersteunen bij de vormgeving van belangrijke processen. Technologie fungeert dan als een partner en niet als een middel.

It’s not about the technology, but since the technology is not neutral make sure it’s one you’re ready to enter into a long term relationship with!

Mijn opmerkingen

  • Het LMS is als leertechnologie nog steeds springlevend en vormt meestal het hart van de digitale leeromgeving van een organisatie.
  • Je hebt nog steeds LMS-en die sterker gericht zijn op het organiseren van het leren dan op het leren zelf. En omgedraaid.
  • LMS-en die sterk gericht zijn op het leren zelf, kunnen vaak meerdere didactische concepten faciliteren. Bijvoorbeeld het 4C/ID-model of een studietaken-opdrachten model. Je zult daarvoor wel zelf een passende inrichting moeten creëren. Bij voorkeur doe je dat via sjablonen of templates. LMS-en variëren sterk in de mate waarin zij het gebruik van sjablonen kunnen faciliteren.
  • Op hoofdlijnen lijken veel LMS-en functioneel op elkaar. Echter: the devil is in the detail. Voorbeeld: Elk LMS heeft de mogelijkheid om instuuropdrachten te gebruiken. Bij het ene LMS kun je dan kiezen uit meer voorwaardelijkheden, dan bij het andere LMS. Ander voorbeeld: Elk LMS heeft een online forum. Soms hebben lerenden zelf de mogelijkheid om een discussie te starten, bij een ander LMS moet de docent hier het initiatief toe nemen. Je kunt dit vaak configureren, maar niet altijd.
  • LMS-en hebben vaak heel verschillende opties om lerenden te ondersteunen bij hun leren. Vaak ontbreken helaas pedagogisch-didactische opties zoals het kunnen toevoegen van automatische feedback en uitgewerkte voorbeelden aan instuuropdrachten, de mogelijkheid om per item in de cursusstructuur aan te geven hoeveel tijd een lerende kwijt is met het bestuderen van het item of laagdrempelige manieren voor lerenden om contact met elkaar te zoeken.
  • LMS-en zijn soms sterk gericht op bepaalde onderwijssystemen (VS, hoger onderwijs of juist mbo). Dat zie je bijvoorbeeld aan het type beoordelingen binnen een LMS of aan het wel of niet hebben van standaard integratiemogelijkheden met, bijvoorbeeld, de educatieve contentketen.
  • LMS-en verschillen wat betreft gebruikersvriendelijkheid sterk van elkaar.

Op het eerste oog lijken LMS-en op elkaar. Het is dan inderdaad belangrijk te kijken of een LMS pedagogisch-didactisch geschikt en compatibel is. Maar je moet daar wel in detail naar kijken.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *