Identiteitsontwikkeling en online leren

Het onderwijs draagt normaliter bij aan de identiteitsontwikkeling van leerlingen en studenten. Volgens Ashley A. Adams is het ook belangrijk om daar online aandacht aan te besteden. Het risico bestaat dat we dat nu onvoldoende doen.

Leerlingen en studenten spreken met elkaar en op school ook over zaken als sociale ongelijkheid, racisme en gender. Vaak zijn actuele gebeurtenissen daar aanleiding toe. Denk aan Black Live Matters. Soms speelt het ‘bijzondere’ karakter van een school hierbij ook een rol. Een school draagt vaak bepaalde waarden uit, die bijvoorbeeld gebaseerd kunnen zijn op een geloofsovertuiging.

Natuurlijk spelen thuis, vrienden, bepaalde rolmodellen, organisaties waarbij men is aangesloten en de media  ook een belangrijke rol bij de ontwikkeling van de identiteit van leerlingen en studenten. De onderwijsinstelling is echter een belangrijke ontmoetingsplaats voor jongeren. Mede dankzij ontmoetingen en conversaties op school  ontwikkelen leerlingen en studenten opvattingen, normen, waarden en houdingen die hun identiteitsontwikkeling of persoonsvorming beïnvloeden. Daarbij is het ook van belang dat een onderwijsinstelling bewaakt dat jongeren zich niet buiten gesloten voelen, vanwege hun identiteit.

Ahsley Adams veronderstelt dat er minder ruimte is voor identiteitsontwikkeling, nu we -noodgedwongen-voornamelijk online leren:

the perception persists among many practitioners that student identity doesn’t matter online.

Volgens Adams worden lerenden nog steeds geraakt door gebeurtenissen in de wereld om hen heen. Docenten zouden zich bewust moeten van de mogelijke impact op het leven van leerlingen en studenten.

That means knowing students better — and also being attuned to identity in a more fundamental way.

Daarbij gaat het volgens haar om de humanitaire identiteit: wie je bent, waar je om geeft, je waarden en idealen.

Adams formuleert ook enkele ideeën hoe je dit bij online leren kunt vormgeven. Daarbij valt op dat veel van deze suggesties niet specifiek betrekking hebben op het online karakter van het huidige onderwijs:

  • Zorg voor een vervolg op de introductie opdracht. Bij online leren starten we vaak met een kennismakingsopdracht. Echte kennismaking gaat echter een stap verder. Het gaat er volgens Adams ook om een diversiteit aan leermateriaal te gebruiken, ruimte te geven aan persoonlijke ervaringen (bijvoorbeeld in opdrachten en discussies) en om lerenden in contact te brengen met docenten en andere medewerkers met een vergelijkbare achtergrond.
  • Analyseer het curriculum, het beleid en de procedures. Zijn opdrachten, groepswerk, leerinhouden en voorbeelden rechtvaardig, divers en inclusief? Is het online onderwijs toegankelijk voor alle lerenden?
  • Wees op de hoogte van wat er in de wereld gebeurt. Docenten en schoolleiding moeten zich bewust zijn van de maatschappelijke gebeurtenissen en de mogelijke invloed op lerenden.
  • Herkennen, reageren en doorverwijzen. Bij online interactie is het complexer om te herkennen wanneer lerenden extra ondersteuning nodig hebben. Je moet er onder meer alert op zijn als een leerling of student, die normaal betrokken is, opeens zonder nadere toelichting niet meer participeert. Soms kan het ook nodig zijn dat je als docent doorverwijst naar een specialist. Dat doe je in overleg met lerenden. Oog voor de identiteit van lerenden en empathie zijn daarbij ook van belang.

In feite gaat het om het faciliteren en hebben van een dialoog met lerenden. Om ruimte voor gesprekken over onderwerpen die wellicht wat minder met de onderwijsinhoud te maken hebben. Het gebruik van de actualiteit in het online onderwijs is daarbij ook van belang. Check ook de inhoud op inclusiviteit. Het gaat ook om het besteden van individuele aandacht voor lerenden, bijvoorbeeld via online spreekuren of door individueel met lerenden te telefoneren of te videobellen.

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *