In ons land werken steeds meer mensen als zelfstandige zonder personeel (overigens niet altijd vrijwillig). Met name in kennisintensieve sectoren en in de creatieve industrie neemt het aantal freelancers/zzp’ers toe. Wat moet je doen om succesvol te zijn in deze zogenaamde ‘Gig Economy’?
Via de onvolprezen nieuwsbrief van Fast Moving Targets heb ik het artikel Thriving in the Gig Economy van Gianpiero Petriglieri, Susan J. Ashford en Amy Wrzesniewski gelezen (gig economy: een economie die bestaat uit losse klussen).
De auteurs vergelijken hierbij het werken als zelfstandige (zzp’er of freelancer) met trapese werken. Je neemt risico’s, maar je beschikt ook over een vangnet.
De auteurs hebben op beperkte schaal onderzoek gedaan onder zelfstandigen zonder personeel. Daarin hebben zij niet alleen gekeken naar voor- en nadelen (zoals een groter gevoel van vrijheid en eigenaarschap vs meer onzekerheid, risico’s en de druk om productief te blijven). Ik ben zelf sinds iets meer dan drie jaar werkzaam als zzp’er en herken veel van wat de auteurs hierover schrijven.
Adequate werkomgeving
Zij hebben ook gekeken naar welke factoren ertoe bijdragen dat zelfstandigen zonder personeel succesvol zijn. Ik wil deze factoren kort samenvatten en vanuit mijn eigen perspectief becommentariëren.
Op de eerste plaats is het belangrijk dat zzp’ers beschikken over een werkomgeving die kan dienen als een basis om ongestoord en zonder druk te kunnen werken. Het moet ook nadrukkelijk een aantrekkelijke werkomgeving zijn, en goed uitgerust qua voorzieningen.
Ik werk meestal bij klanten. Ik stel daarbij geen hoge eisen aan werkruimtes (heb ik ook niet gedaan toen ik in loondienst was). Ik kan goed werken als de omgeving redelijk rustig is en als ik beschik over goede wifi. Uiteraard heb ik mijn eigen apparaten. Maar ik heb wel meestal de beschikking over online werkruimtes.
Daarnaast heb ik een studeerkamer aan huis. Daar werk ik ’s avonds of als ik thuis werk. Ik ontvang bezoek in de woonkamer. Ik spreek ook wel eens bij Seats2Meet af, in een horecagelegenheid of bij het Innovatiehuis in Den Bosch (lang niet meer gedaan). Ik heb nog nooit behoefte gehad aan een kantoor in een bedrijfsverzamelgebouw. Wel soms aan een vergaderruimte.
Tenslotte is de trein ook mijn kantoor. Ik heb een flinke databundel waardoor ik mijn iPhone als hotspot kan gebruiken. Ik wil niet afhankelijk zijn van ‘gratis wifi’ van de spoorwegen. Ook reis ik 1ste klas om redelijk rustig te kunnen werken. Dat is een forse investering, maar het is het me wel waard.
Routines
Op de tweede plaats zijn routines een belangrijke succesfactor. Routines worden vaak geassocieerd met bureaucratie, maar bieden structuur en houvast. Ze zorgen voor focus, verbeteren de workflow en werken prestatieverhogend.
Ik herken het belang van routines. Als ik het heel druk heb, reserveer ik echt momenten om mail etc weg te werken. Snel te beantwoorden mails handel ik ook meteen af. Door de week sta ik praktisch altijd om 6 uur op (soms een half uur eerder), en probeer ik voor 23 uur onder zeil te gaan. Ik maak ook regelmatig gebruik van de Pomodoro-techniek (met de app Focus).
Verder voer ik werkzaamheden niet altijd volgens een vast ritme uit. Dat komt door de diversiteit aan werkzaamheden en afspraken die mijn opdrachten met zich meebrengen.
Doelgerichtheid
Doelgerichtheid (purpose) is de derde succesfactor. Voer alleen opdrachten uit die verbonden zijn met een breder doel dat je nastreeft:
Purpose creates a bridge between their personal interests and motivations and a need in the world.(…) We found that purpose, like the other connections, both binds and frees people by orienting and elevating their work.
Doelgerichtheid maakt je ook veerkrachtig als het even tegen zit.
Ik heb ooit geformuleerd wat mij drijft. Tot nu toe zijn de opdrachten die ik uitvoer daarmee behoorlijk in lijn. Het komt echter ook voor dat bepaalde werkzaamheden binnen die opdrachten minder motiveren of dat pragmatische keuzes worden gemaakt die verder af liggen van de doelen die je uiteindelijk wilt nastreven. Soms maken opdrachtgevers keuzes die bepaalde inspanningen in de richting van je doel belemmeren of zelfs te niet doen (bijvoorbeeld initiatieven stoppen temporiseren).
Dat is goed te hanteren als voldoende werkzaamheden wel in de richting van je doel zijn. Tegelijkertijd moet je je veerkracht niet alleen afhankelijk laten zijn van doelgerichtheid. Ervaring speelt hier m.i. een belangrijke rol bij, en je onafhankelijkheid.
Bloggen helpt me ook doelgericht en betekenisvol bezig te zijn.
Samen met anderen
De vierde en laatste succesfactor is de menselijke factor. Andere mensen zijn van groot belang voor iemands loopbaan. Als rolmodel en/of als samenwerkingspartner. Sociale isolatie wordt daarom als risico voor zzp’ers genoemd. Succesvolle freelancers zijn zich van dit risico bewust en weten deze vorm van eenzaamheid te vermijden door te investeren in netwerken (face-to-face en online).
Ik ben hier eerlijk gezegd nooit bang voor geweest. Opdrachten doe je meestal samen met klanten. Toen ik in loondienst was, werkte ik samen met collega’s. Nu beschouw ik ze vaak ook als collega’s waar ik vaak nauw mee samenwerk. Ook als ik relatief autonoom werk -bijvoorbeeld als ik een studiedag begeleid- dan heb ik over vorm en inhoud altijd contact met opdrachtgevers. Je leert ook van de ervaringen die je dan opdoet. Mijn rolmodellen zijn overigens collega’s van weleer.
Ik zou op zich wel een leernetwerk willen vormen met mensen met vergelijkbare ervaringen en werk. Dit zou echter ten koste gaan van opdrachten (druk om productief te blijven) of van de spaarzame vrije tijd die ik heb.
Verder is een sterk netwerk uiteraard van groot belang voor het verkrijgen van opdrachten.
De auteurs concluderen:
Our conclusion is that people in the gig economy must pursue a different kind of success—one that comes from finding a balance between predictability and possibility, between viability (the promise of continued work) and vitality (feeling present, authentic, and alive in one’s work).
Het is goed om je te realiseren dat de auteurs zich met hun onderzoek hebben gericht op freelancers in de kennisintensieve en creatieve industrie. Op zelfstandigen die er bewust voor gekozen hebben om als zelfstandige te werken, en die -vermoed ik- een verdiendende partner als vangnet hebben (dat is in mijn situatie bijvoorbeeld het geval).
Bij de groep niet-vrijwillige zelfstandigen of bij de groep freelancers die relatief weinig verdienen zou doelgerichtheid wel eens als ‘luxe’ beschouwd kunnen worden. Deze groep beschikt ook over relatief weinig middelen om een vangnet te organiseren (denk alleen aan verzekeringen of een pensioenvoorziening).
Verder mis ik nog een aantal factoren:
- Heb je een heldere propositie? Dit gaat wat verder dan ‘doelgerichtheid’. Wat is jouw profiel, ook in vergelijking met anderen? Hoe zichtbaar ben je naar je doelgroep toe? Spreken anderen met waardering over je?
- Ontwikkelingen in je context. Werk je voor een sector waar een financiële crisis toeslaat? Ervaart jouw markt echt een probleem, waar jouw expertise bij kan helpen?
- Geluk. Kom je een aanstaande opdrachtgever op het juiste moment tegen?
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie