Waarom de kracht van Greenwheels en Thuisbezorgd.nl niet van toepassing is op onderwijs

Onlangs heb ik een blogpost geschreven over design thinking binnen het onderwijs. In een reactie op LinkedIn werd daarbij verwezen naar vergelijkingen met diensten als Apple Music en GreenWheels. Volgens mij moeten we echter stoppen met dergelijke vergelijkingen.

NetflixJean-Luc Laval van TinQwise verwees in zijn instemmende reactie op mijn blogpost naar een eigen online bijdrage. Volgens hem moeten we onderwijs als service voor de lerende zien, en niet als een product dat je afneemt. Daarom gaat het bij het ontwikkelen van ‘blended learning’ dikwijls vooral om technologieën, en niet om de gebruiker.

Hij maakt daarbij de vergelijking met services als Apple Music of Thuisbezorgd.nl waarbij de gebruiker bepaalt wat en (grotendeels ook) wanneer wat wordt afgenomen. Als je onderwijs beschouwt als dienst, en methodes als Design Thinking en Service Design gebruikt, dan zou onderwijs er volgens hem heel anders uit kunnen zien.

Begin bij de doelgroep, bij hun problemen en drijfveren, en niet bij zaken als leerdoelen, competenties of regels, stelt Jean-Luc:

Ja, flexibel, vraaggestuurd, device /tijd / locatie onafhankelijk onderwijs is mogelijk. Ja, we kunnen het HBO in de huidige tijd duwen door dit soort methodes te gebruiken. Ja, er is behoefte aan. Waar wachten we nog op?

In de blogpost Wat het HBO kan leren van Apple Music, Greenwheels en Thuisbezorgd.nl geeft hij een inkijkje in de aanpak. Bij curriculum denken zij constant na over de wisselwerking tussen de lerenden (en bijvoorbeeld diens belevingswereld) en de leerinhouden. Ook kijken zij naar de ruimtes waar geleerd wordt, naar nieuwe processen en tools, en naar het ’systeem’ (o.a. visie en missie).

Bij een aantal instellingen heeft men deze aanpak van service design al toegepast.

Helaas gaat Jean-Luc Laval niet uitgebreider in op hoe het nieuwe onderwijs er dan uit ziet, en in welke mate de resultaten verschillen van aanpakken die vooral uitgaan van leerdoelen (zoals TPACK).

Waar ik in elk geval moeite mee heb, is de vergelijking met diensten zoals Apple Music of Thuisbezorgd.nl. Dit heeft een aantal redenen.

De eerste reden heeft te maken met het feit dat deze diensten ook niet persoonlijk zijn, maar gepersonaliseerd (Stephen Downes maakte ooit de treffende vergelijking met karamel en gekarameliseerd). Bij ThuisBezorgd.nl kan ik ook niet altijd elk type maaltijd bestellen. Dit is afhankelijk van de restaurants en snackbars bij mij in de buurt die zijn aangesloten bij deze service (plus hun openingstijden en bezorgtijden). Bovendien moet je eerst een keuze maken voor een leverancier, en daarna voor de maaltijd. En de top-restaurants vind je niet bij Thuisbezorgd.nl. Bij services als Apple Music ben je afhankelijk van de bands die hun muziek via dergelijke diensten leveren. Zo kon je AC/DC lange tijd niet terugvinden bij iTunes. Dat neemt niet weg dat ik met genoegen af en toe gebruik maak van Thuisbezorgd.nl en iTunes.

We moeten ook niet doen of deze diensten jou zo goed kennen. Ik gebruik zelf geen Spotify, maar als ik met de Kerst bij mijn zus ben, horen we regelmatig bagger kerstmuziek. Spotify presenteert wel kerstmuziek, maar niet altijd mooie kerstmuziek (mijn zus en zwager steken geen tijd in het aanleggen van eigen playlists). Ik geef dan ook de voorkeur aan mijn in de loop der jaren verzamelde persoonlijk muziekcollectie. Ook omdat ik te weinig muziek luister om daar € 10 per maand aan te besteden. Volgens mij kent Spotify niet de optie dat je naar gebruik betaald (de ene maand € 3, de andere € 10).

Met andere woorden: het persoonlijke karakter van diverse online diensten is allesbehalve optimaal.

Mijn tweede bezwaar heeft te maken met de complexiteit van de onderwijsorganisaties. Er is in ons land gekozen voor een behoorlijke schaalgrootte. Dat heeft voordelen (zoals het gezamenlijk kunnen gebruiken van dure services), maar ook nadelen. Verder heb je te maken met medewerkers in vaste dienst, die werken op basis van een CAO (wat vanuit het oogpunt van werknemers een groot goed is).

Uiteraard kun je het onderwijs anders organiseren. Dat is echter een veel complexer proces dan het toepassen van design thinking en service design. In ieder geval belemmert dit het maken van vergelijkingen met diensten als Apple Music. Of willen we docenten alleen betalen voor afgenomen diensten? Lijkt me om tal van redenen niet wenselijk. In Angelsaksische landen zijn het vooral libertairen die onderwijs a la Netflix wensen.

Mijn derde en belangrijkste bezwaar heeft echter vooral te maken met het totaal andere karakter van onderwijs. Bij Apple Music of Thuisbezorgd.nl gaat het om het leveren van inhoud, zo veel mogelijk ‘op maat’. Onderwijs is echter veel meer dan dat. Het gaat ook om interactie, om interpersoonlijke relaties, om socialisatie en persoonlijke ontwikkeling. Dat wil niet zeggen dat je hierbij geen ICT kunt inzetten, maar het stelt wel grenzen aan de mate van personalisering: je werkt deels in groepen en je zult deels op hetzelfde tijdstip afspreken. Dat is echt iets heel anders.

Daar komt bij dat de complexiteit van het onderwijsproces veel groter is dan waar een service als GreenWheels mee te maken heeft. Je hebt te maken met landelijke wet- en regelgeving (o.a. eindtermen), of met een bedrijfsleven dat invloed uitoefent op de inhoud van het onderwijs. Bovendien is het de vraag of de huidige problemen en drijfveren van lerenden, matchen met datgene wat zij voor hun toekomst moeten leren. Zie ook mijn blogpost Leveranciers adaptieve leertechnologie hebben vaak een beperkte opvatting van onderwijs.

Ik ben er van overtuigd dat benaderingen als design thinking en service design (waar ik overigens slechts globaal van heb gehoord) gebruikt kunnen worden voor onderwijsontwikkeling. Methoden en benaderingen uit andere disciplines bieden meestal een frisse blik op je eigen vakgebied. Ik heb er echter moeite mee om onderwijs op één lijn te zetten met consumenten-services. Daarvoor verschilt het onderwijs veel te zeer van diensten als Netflix of Amazon.

Zullen we voortaan maar stoppen met het maken van dergelijke vergelijkingen?

This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.

Delen

2 reacties

  1. In mijn ogen is onderwijs wel degelijk een service die de onderwijzend/de onderwijsorganisatie levert aan de lerende. Overeenkomst met muziek en andere kunsten is dat het delen van die dienst anderen niet buitensluit, maar delen juist het ‘welbevinden’ verhoogt. Vandaar dat muziekleveranciers initieel zo beperkt reageerden op digitalisering van muziek: bezit van een CD kun je exclusief overdragen, de MP3tjes daarop kun je onbeperkt vermenigvuldigen zonder je eigen gebruik daarvan op te geven.
    In het geval van lesgeven is het soms zelfs nog erger: door les te geven houdt ik mijn eigen kennis, vergroot de kennis van de lerende en leert de lesgever/aanbieder vaak ook nog.
    Ik denk dat het toch zinvol kan zijn om te kijken naar commerciële organisaties. Niet vanuit de “ik betaal er voor”-filosofie die zoals beschreven door Laval.
    Toch wijst hij op twee interessante zaken die de flexibiliteit van het onderwijs in de weg kunnen staan. In de bedrijfskunde kennen we het begrip ‘dynamic capabilities’, die staan voor de competenties die een bedrijf heeft om te innoveren als reactie op diverse veranderingen. Het onderwijs is zeer resource base-gericht; de mogelijkheden om vakken en inhouden aan te bieden zijn grotendeels bepaald door de kennis die aanwezig is in de organisaties. Tijd en mogelijkheden om te veranderen zijn vaak beperkt.
    Een tweede opmerking heeft te maken met externe regelgeving: visitatiecommissies hebben een duidelijk beeld wat gedaan moet worden en hoe dit plaats moet vinden om diploma’s te mogen uitreiken. In de woorden van Christensen, accreditatie is een van de verdedigingslinies van de gevestigde orde.
    Er zijn dus wel degelijk lessen te trekken uit een vergelijking tussen onderwijsorganisaties en de rest van de samenleving, in die zin ben ik het dus niet met bovenstaand stuk eens.
    Toch twee kritische opmerkingen tav. dit soort benaderingen. Ik denk dat niemand bezwaar kan hebben tegen een efficiënte inzet van (publieke) middelen in het onderwijs: hoe beter wij in staat zijn de doelstellingen te realiseren, zowel in minder inzet, gecombineerd met een voldoende of zelfs excellent niveau van uitkomsten, hoe meer overblijft om in andere zaken, als innovatie, te investeren.
    Echter, efficiënt is niet gelijk aan rendementsdenken of winstrealisatie. Het feit dat de politiek en het bestuur denkt in termen van doorstroming en diploma’s ipv. leerprocessen en (persoonlijke) ontwikkeling, zoals Wilfred noemt, ontslaat ons niet van de plicht om te proberen die processen en ontwikkeling zo efficiënt mogelijk in te richten.
    Een tweede punt is dat Laval sterk de nadruk legt op de doelgroep, om vervolgens te springen naar de modellen van Spotify, Greenwheels en Thuisbezorgd. De modellen van deze organisaties zijn (in zijn visie, niet die van Rubens) volledig afgestemd op hun eigen doelgroep; maar is die doelgroep dezelfde als die van onderwijsinstellingen. Of kun je meer zeggen over je eigen muzieksmaak, je vervoersbehoefte of behoefte aan eten, dan dat je aan het begin van een opleiding inzicht hebt in alle componenten die nodig zijn om aan het eind een goed beroepsbeoefenaar te zijn? Net als de strategie van Greenwheels afwijkt van die van Spotify, zo zal het onderwijs zich op de wensen en eisen van haar stakeholders moeten richten van uit een inzicht in haar eigen positie. Maar die verschillen laten onverlet dat een analyse van verschillen en overeenkomsten tussen commerciële en niet-commerciële, private en publieke organisatie tot interessante inzichten en nieuwe mogelijkheden kan leiden.

  2. Dag Frank,

    Dank voor je uitgebreide reactie.
    Onderwijs is inderdaad een service. Het is ook zeker zinvol om te kijken naar wat we kunnen leren van andere branches en sectoren. Sterker, daar pleit ik al jaren voor.

    Maar ik heb vooral willen wijzen op het heel andere karakter van onderwijs, in vergelijking met diensten als Spotify.
    Ik heb echter vooral willen wijzen op de tekortkomingen van diensten zoals AppleMusic als het gaat om de persoonlijke benadering. Het persoonlijke karakter van diverse online diensten is hooguit suboptimaal. Onderwijs zou beter moeten kunnen. Verder heb ik gewezen op de complexiteit van onderwijs (in vergelijking met de services waarmee ze worden vergeleken), en met het totaal andere karakter ervan.

    Jouw verwijzing naar ‘dynamic capabilities’ vind ik een waardevolle. Begrijp ik het goed dat je bedoelt dat tijd en mogelijkheden om te veranderen vaak beperkt zijn doordat we moeten roeien met de riemen (resources) die we hebben?
    Jouw opmerking over accreditatie als verdedigingslinie van de gevestigde orde vind ik sterk. Dat is één van de zaken die wat mij betreft bijdraagt aan de complexiteit van het onderwijs, hetgeen de vergelijking met commerciële services bemoeilijkt.

    Ik ben het verder heel erg eens met jouw opmerkingen over efficiëntie. Als ik het heb over de bijdrage van ICT aan meer efficiënt onderwijs, dan doel ik op de interpretatie die jij er aan geeft.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *