Internettechnologie alleen leidt niet tot digitale transformatie van het onderwijs. Daar is meer voor nodig. Bijvoorbeeld veranderende wetgeving. In het Verenigd Koninkrijk lijkt de eerste stap op dit terrein te zijn gezet.
Er is sprake van ‘digitale transformatie’ als een organisatie, bedrijfstak of een bepaald aspect van de samenleving drastisch verandert dankzij de toepassing van internettechnologie. Dankzij digitale transformatie kijken we op een andere manier naar series (Netflix) en gaan we op een andere manier met muziek om (Spotify).
In een aantal gevallen vindt een dergelijk radicaal proces echter alleen plaats, als dit gepaard gaat met veranderende wetgeving. Uber en Airbnb weten daar inmiddels alles van.
Het onderwijs is ook zo’n branche waar digitale transformatie tot dusver is uitgebleven omdat wet- en regelgeving bijvoorbeeld belemmeren dat anderen dan reguliere onderwijsinstellingen in de positie zijn om diploma’s te verstrekken. Ik heb al eerder geschreven over digitale transformatie in relatie tot de waarde van diploma’s, en de impact op met name een leven lang leren. Mijn conclusie was dat digitale transformatie op dit laatste terrein eerder plaats zal vinden maar dat wet- en regelgeving (o.a. rond diplomering) binnen het reguliere onderwijs digitale transformatie vooralsnog tegenhoudt.
Het is echter de vraag hoe lang deze situatie voort zal duren. Zo is in het Verenigd Koninkrijk onlangs het paper Success As A Knowledge Economy aan het parlement aangeboden. In dit paper worden onder meer verschillende voorstellen gedaan om nieuwe en vernieuwende aanbieders toegang te geven tot het hoger onderwijs. Meer competitie tussen hoger onderwijs-aanbieders en innovatieve nieuwkomers zou de kwaliteit verhogen en de kosten van hoger onderwijs verlagen, zo meent de verantwoordelijk minister.
Als deze ontwikkeling doorzet, dan kan dit wel degelijk leiden tot ‘digitale transformatie’ van het Britse hoger onderwijs. Wellicht volgen daarna andere onderwijssystemen. Ben Woods suggereert bijvoorbeeld dat bedrijven als Facebook en Google zich op deze markt gaan begeven. Ondenkbaar is dat niet. LinkedIn heeft immers ook al e-learningaanbieder Lynda overgenomen. Bedrijven als Coursera en Udacity kunnen m.i. betrekkelijk eenvoudig hier op inspringen.
Is dit positief? Niet noodzakelijk. ‘Onderwijs’ is niet te vergelijken met vakantiereizen of wasmachines. Op het gebied van openbaar vervoer en zorgverzekeringen heeft meer keuzevrijheid en competitie ook niet echt geleid tot meer kwaliteit en lagere prijzen.
Maar het is in elk geval een relevante ontwikkeling, die onderwijsinstellingen kan prikkelen om meer werk te maken van zaken als flexibilisering en toegankelijkheid (en de rol van ICT daarbij).
This content is published under the Attribution 3.0 Unported license.
Geef een reactie